PowerPoint-presentatie

1
It is not enough to succeed. Others must
fail Gore Vidal Elke delende cel
produceert een concurrent.
2

• Twee dochtercellen
• zijn niet identiek!
• ongelijke verdeling van metabolieten
• onregelmatigheden bij de verdubbeling
• membraanveranderingen, bijv. door het meedoen
  van andere moleculen
• enz.

3
Graaf de Buffon zelfde bouwplan,
dus gezamenlijke voorouder (1760) Chevalier de
Lamarck goed gebruik leidt tot ontwikkeling,
slecht gebruik tot verdwijnen van organen
(1800) Thomas Malthus Groei van de
bevolking bij achterblijvende voedselproductie lei
dt tot armoede en oorlog (1798)
4
Charles Lyell oude geologische structuren
kunnen worden verklaard met tegenwoordige
processen (1831) Alfred Russel Wallace
en Charles Darwin variatie bij organismen is
toevallig, en de natuur selecteert. Dit leidt tot
soortsvorming (1858-1859)
5
(No Transcript)
6

• Leven bij een hoge temperatuur
• eiwitten met een sterk hydrofobe
• kern (compacte oliebollen)
• veel chaperone eiwitten (bescherming
• door binding)
• DNA-bindende eiwitten (compacte
• vouwing)
• - lipide monolayer membranen

7
(No Transcript)
8
Archaea hebben grillige vormen
9
NH2
N
N
adenine
N
N
H

• erfelijk materiaal (DNA, RNA)
• energievoorziening (ATP)
• electronenoverdracht (NAD, NADP)
• biosynthese (coenzym A)
• signalering (cAMP, cADPR)
• regulatie (cytokinine)
• enz.
• ATP zorgt dat de blokjes blijven omvallen

10

• Energievoorziening
• ATP-vorming door gisting
• (in het cytoplasma van de cel)
• ATP vorming via een protonenpomp
• in een membraan en een ATP-
• synthese nano-machientje (ademhaling)
• -ATP-vorming via een licht-aangedreven
• protonenpomp in een membraan en
• een ATP-synthese nano-machientje
• (fotosynthese)

11

• Chloroplasten zijn prokaryoten
• Chloroplasten delen
• Het genoom van chloroplasten is een circulair DNA
• molecuul, zonder histonen of niet-histon
  eiwitten
• 3. Chloroplasten bevatten een compleet genetisch
• systeem
• 4. Chloroplast ribosomen lijken erg op E. coli
  ribosomen,
• zowel qua structuur als qua gevoeligheid voor
• chloramfenicol, tetracycline, etc.
• 5. Chloroplasten gebruiken formyl-methionine als
  het
• eerste aminozuur in een polypeptide keten
• 6. Het eiwit signaal peptide voor thylakoid
  membranen
• is prokaryoot een paar geladen aminozuren
  gevolgd
• door een hydrofobe core sequentie

12
De endosymbiose theorie
13
primitieve bacterie
dierlijke cel
plantencel