Pragmatische vaardigheden: debatteren met kinderen

1
Pragmatische vaardighedendebatteren met kinderen

• door Sandra en Hilde

2
Taalgestoorde kinderen in debat

• Door in groepslessen aandacht te besteden aan de
  ontwikkeling van de pragmatiek wordt de
  communicatieve redzaamheid vergroot.

3
Pragmatische vaardigheden

• de eigen mening overtuigend formuleren
• de eigen mening onderbouwen met argumenten
• kritisch luisteren naar de argumenten van de
  tegenpartij
• reageren op de argumenten van de tegenpartij
• vragen stellen, bijv. om verduidelijking
• topichandhaving niet afdwalen van het onderwerp
  van de stelling
• zichzelf presenteren (duidelijk spreken,
  aankijken).

4
Sociaal-emotionele vaardigheden

• bewust worden van de eigen mening
• de eigen mening durven uiten / zelfvertrouwen
  ontwikkelen
• leren dat je van mening kunt verschillen zonder
  ruzie te maken
• leren een mening te vertegenwoordigen die niet de
  eigen mening is
• leren samenwerken.

5
Lesopbouw

• Les 1
• Wat is het verschil tussen een ruzie en een
  debat/discussie? De leerlingen krijgen twee
  toneelstukjes te zien tussen de logopedist en de
  leerkracht.
• Wat zou je doen met 100.000,-? Waarom?

6
Lesopbouw

• Les 2
• De logopedist en leerkracht houden een
  discussie. De leerlingen leren argumenten te
  herkennen.
• Les 3
• De stelling wordt geïntroduceerd, evenals de
  termen voor/tegen, eens/oneens, argument, mening.

7
Lesopbouw

• Les 4
• De leerlingen krijgen per tweetal een stelling.
  Ze bedenken argumenten en presenteren deze voor
  de groep.
• Voorbeelden
• - de weekenden moeten 3 dagen duren
• - school is leuker dan vakantie
• - buitenspelen is beter voor je dan computeren
• - computeren maakt je slim

8
Lesopbouw

• Les 5
• Er komt een stelling op het bord. Bijvoorbeeld
• Iedere groep uit de bovenbouw moet een moestuin
  bijhouden."
• De leerlingen kiezen hun mening (voor of tegen),
  gaan in twee partijen zitten en vertellen hun
  argumenten aan de andere partij.

9
Lesopbouw

• Les 6
• De jury wordt geïntroduceerd. De jury zal
  vertegenwoordigd worden door twee leerlingen.
• De jury let op
• Gaan staan
• Aankijken
• Uit je hoofd vertellen
• Duidelijk praten
• Luisteren
• Beste argument.

10
(No Transcript)
11
De voorpartij
12
De tegenpartij
13
Lesopbouw

• Les 7
• De leerlingen bedenken zelf stellingen.
• Een stelling
• behelst een actueel onderwerp
• is uitdagend
• is niet te lang (max. 7 woorden)
• bevat geen ontkenning
• is debatable

14
Bedenk een goede stelling!!

• Wie van jullie kan een goede stelling bedenken?
• Onderwerpen kunnen zijn
• Computer
• Snoep
• Sinterklaas
• Bedtijd

15
Lesopbouw

• Les 8 en les 9
• N.a.v. de eigen gemaakte stellingen gaan de
  leerlingen debatteren. Aan het eind van het debat
  (ong. 10 minuten) doet de jury uitspraak.
• Les 10
• De leerlingen bekijken een filmpje over een
  jongerendebat. De leerlingen leren observeren,
  interpreteren en samenvatten.

16
Lesopbouw

• Les 11 t/m les 15
• De leerlingen gaan in verschillende vormen in
  debat. De werkvormen leiden ertoe dat de
  leerlingen zonder voorbereiding kunnen
  debatteren, tegenargumenten kunnen noemen en
  zelfs argumenten kunnen bedenken voor hun
  tegengestelde mening.

17
Gaan staan, aankijken, uit je hoofd vertellen,
18
duidelijk spreken, goed argument geven.
19
Debatteren

• Stelling
• Pauzes moeten langer.
• (Dubbelklik op het filmpje om het filmpje te
  starten).

20
De jury doet uitspraak

• Juryleden
• Carlo
• Bobbie
• (Dubbelklik op het filmpje om het filmpje te
  starten).

21
Bedankt voor de aandacht!

• Sandra en Hilde