Dr. K. Vanhoucke - PowerPoint PPT Presentation

1 / 92
About This Presentation
Title:

Dr. K. Vanhoucke

Description:

OOGAANDOENINGEN BIJ RHEUMATOIDE ARTHRITIS Dr. K. Vanhoucke Oogarts * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * De huid ... – PowerPoint PPT presentation

Number of Views:43
Avg rating:3.0/5.0
Slides: 93
Provided by: KristienV
Category:

less

Transcript and Presenter's Notes

Title: Dr. K. Vanhoucke


1
OOGAANDOENINGEN BIJ RHEUMATOIDE ARTHRITIS
  • Dr. K. Vanhoucke
  • Oogarts

2
OOGAANDOENINGEN BIJ RHEUMATOIDE ARTHRITIS
  • INFLAMMATOIR
  • EPISCLERITIS
  • SCLERITIS
  • UVEITIS
  • SECUNDAIR AAN CORTICOIDEN
  • CATARACT
  • GLAUCOOM
  • SECUNDAIR AAN ANTIMALARIA-MIDDELEN(PLAQUENIL)
  • CHLOROQUINE-MACULOPATHIE
  • DROGE OGEN
  • KERATOCONJUNTIVITIS SICCA
  • SJÖGREN-SYNDROOM

3
Anatomie van het oog
  • De oogbol 2,5cm diameter
  • Het hoornvlies (cornea) 1ste lens
  • Het regenboogvlies (iris,gekleurd)
  • spier die het openen en sluiten van de
  • pupil toelaat
  • De pupilopening (zwart) opening voor de
  • lichtstralen
  • De ooglens 2de lens
  • De harde oogrok (sclera,wit) beschermlaag
  • Het netvlies (retina) gevoelige plaat met
  • staafjes en kegeltjes (fotoreceptoren)
  • De oogzenuw informatie naar hersenen
  • Het glasachtig lichaam gevuld met een gel die
    ervoor zorgt dat de oogbol
  • Gele vlek macula
  • De oogkamer gevuld met kamerwater

OPH-09-03/10-6231
4
INFLAMMATOIR EPISCLERITIS
  • ONTSTEKING VAN HET VAATRIJKE BINDVLIES BOVEN
    SCLERA EN ONDER CONJUNCTIVA
  • GELOCALISEERDE ROODHEID
  • DIFFUUS
  • NODULAIR
  • LICHTE IRRITATIE
  • TRANEN
  • BEHANDELING
  • NSAIDS
  • CORTICOSTEROIDEN

5
INFLAMMATOIR SCLERITIS
  • GRANULOMATEUSE ONTSTEKING VAN DE SCLERA(harde
    oogrok)
  • MINDER FREQUENT
  • ERNSTIGER
  • DUIDELIJK GEASSOCIEERD MET RA

6
INFLAMMATOIR SCLERITIS
  • SYMPTOMEN
  • DIEPERE PIJN
  • UITSTRALEND NAAR VOORHOOFD,WENKBRAUWEN,KAAK
  • TRANEN
  • FOTOFOBIE
  • VISUSDALING
  • KLINISCHE TEKENS
  • DIFFUSE DIEPE ROODHEID
  • NODULAIRE VERDIKKING
  • AVASCULAIRE ZONES
  • NECROSE ONDERLIGGENDE WEEFSELS
  • MET INFLAMMATIE
  • SCLERA TRANSPARANTCHOROIDAAL PIGMENT ZICHTBAAR
  • ZONDER INFLAMMATIE
  • SCLEROMALACIA PERFORANSNECROTISCHE SCLERITIS
  • BEHANDELING
  • NSAID
  • SYSTEMISCH STEROIDEN

7
INFLAMMATOIR UVEITIS
  • ONTSTEKING VAN VAATVLIES
  • CHOROIDEA
  • IRIS
  • CORPUS CILIARE

8
INFLAMMATOIR UVEITIS
  • ANTERIOR UVEÏTIS
  • IRITIS
  • IRIDOCYCLITIS
  • POSTERIOR UVEÏTIS
  • VITRITIS
  • CHOROÏDITIS

9
INFLAMMATOIR UVEITIS
  • ANTERIOR UVEITIS
  • SYMPTOMEN
  • PIJN
  • ROOD
  • TRANEN
  • FOTOFOBIE
  • VISUSDALING

10
INFLAMMATOIR UVEITIS
  • ANTERIOR UVEITIS
  • KLINISCHE TEKENS
  • MIOSIS
  • TYNDALL
  • CELLEN
  • POSTERIEURE SYNNECHIEEN
  • VERGROEIING TUSSEN IRIS EN LENS
  • CONJUNCTIVALE INJECTIE PERILIMBAAL
  • HYPOPYON
  • CHRONISCH RECIDIVERENDE VORM
  • CATARACT

11
INFLAMMATOIR UVEITIS
  • ANTERIOR UVEITIS
  • BEHANDELING
  • ATROPINE
  • TOPICALE STEROIDEN
  • SUBCONJUNCTIVALE STEROIDEN
  • EV SYSTEMISCH STEROIDEN/IMMUNOSUPPRESSIVA
  • RHEUMATOLOOG

12
INFLAMMATOIR UVEITIS
  • POSTERIOR UVEITIS
  • SYMPTOMEN
  • VISUSDALING
  • FLOATERS
  • ROOD
  • PIJN
  • FOTOFOBIE

13
INFLAMMATOIR UVEITIS
  • POSTERIOR UVEITIS
  • KLINISCHE TEKENS
  • WITTE BLOEDCELLEN /OPACIFICATIES IN VITREUM
  • RETINALE EN CHOROIDALE INFILTRATEN
  • PAPILOEDEEM
  • BEHANDELING
  • ONDERLIGGENDE AANDOENING
  • DIAGNOSTISCHE VITRECTOMIE

14
SECUNDAIR AAN CORTICOIDEN CATARACT
  • CORTISONECATARACT
  • VERTROEBELING VAN DE OOGLENS
  • ACHTERSTE SUBCAPSULAIRE OPACIFICATIE
  • SNEL VERSTORING VAN HET ZICHT
  • VERBLINDING
  • LEZEN MOEILIJK
  • BEHANDELING
  • IMPLANTATIE KUNSTLENS

15
Cataract (2)
  • ? De ooglens van jonge mensen is in staat om te
    accomoderen (in -en uitzoomen), waardoor men
    beelden op elke afstand (veraf en dichtbij)
    scherp waarneemt.
  • ? Onder normale omstandigheden is de lens
    helder en doorzichtig.
  • ? Cataract is een vertroebeling van de ooglens
    De eiwitten in de normale lens gaan in de loop
    der jaren samenklonteren waardoor de lens minder
    helder wordt

OPH-09-03/10-6231
16
Cataract (3)
17
Cataract (4)
  • Minder zien, waziger beeld (cataracta in het
    Latijn alsof u van achter een waterval kijkt)
  • Kleurverandering omgeving lijkt grauwer en
    minder kleurrijk
  • Dubbelbeeld of schaduwbeeld
  • Last van schitteringen/verblindingen
  • Minder goed zien in het donker

Normaal zicht
Cataract
OPH-09-03/10-6231
18
Cataract (5)
  • Wanneer behandelen ?
  • Niet behandelen indien men nog voldoende ziet om
    dagelijkse taken en hobbys uit te voeren
  • Zodra cataract hinderlijk wordt en het dagelijkse
    leven erdoor verstoord wordt, kan het
    gezichtsvermogen hersteld worden door een
    chirurgische ingreep het verwijderen van de
    troebele lens en het implanteren van een kunstlens

OPH-09-03/10-6231
19
SECUNDAIR AAN CORTICOIDEN GLAUCOOM
  • VERHOOGDE OOGDRUK
  • ONEVENWICHT TUSSEN AANMAAK EN AFVOER VAN
    VOORKAMERVOCHT
  • BESCHADING VAN OOGZENUW
  • AANTASTING GEZICHTVELD
  • INKRIMPING PERIFEER GV
  • TUNNELZICHT
  • BLINDHEID

20
Glaucoom (1)
  • ? De oogbol is gevuld met vocht.
  • Dit vocht staat onder een bepaalde druk, de
    oogdruk, zodat het oog zijn bolvorm behoudt.
  • ? Door een verhoogde oogdruk ontstaat er schade
    aan de oogzenuw en aan het gezichtsveld (
    glaucoom).

OPH-09-03/10-6231
21
Glaucoom (2)
Schade aan oogzenuw
Oogdruk
Glaucoom
OPH-09-03/10-6231
22
Glaucoom (3)
  • De cellen van de optische zenuw sterven af
    omwille van een te hoge intra-oculaire druk
  • Pijnloos
  • Het gezichtsvermogen blijft lange tijd normaal
  • Het gezichtveld vermindert, maar de hersenen
    compenseren dit verlies
  • Vermindering van het gezichtveld kan
    uiteindelijk, via kokerzien, leiden tot blindheid

1. Aantasting van de optische zenuw
2. Aantasting van het gezichtsveld
OPH-09-03/10-6231
23
Glaucoom (4)
Kokerzien
Normaal zicht
Glaucoom
OPH-09-03/10-6231
24
GLAUCOOMBEHANDELING
  • De doelstelling van de behandeling is het
    verlagen van de oogdruk waardoor de kans op
    oogschade afneemt of weggenomen wordt.
  • OOGDRUPPELS de oogdruppels verminderen de
    productie van kamerwater of stimuleren de afvoer
    ervan. Hierbij moet consequent gedruppeld worden,
    in principe levenslang.
  • LASER indien door de oogdruppels de oogdruk
    niet voldoende daalt. De behandeling bestaat uit
    het bevorderen van de afvoer door microscopische
    gaatjes te maken in de afvoerbuizen.
  • CHIRURGISCH indien de 2 vorige behandelingen
    niet voldoen. De afvoer van het kamerwater wordt
    verbeterd door het maken van een ventiel in het
    oog of door een opening te maken in de iris.

OPH-09-03/10-6231
25
SECUNDAIR AAN CHLOROQUINE MACULOPATHIE
  • BEHANDELING MET ANTIMALARIA-MIDDELEN(plaquenil)
  • AANTASTING MACULA BULLS EYE
  • Symptomen
  • Visusdaling
  • Verminderd kleurenzicht
  • Controle oogfundus o/d 6 maanden

26
SECUNDAIR AAN CHLOROQUINE MACULOPATHIE
  • NORMALE MACULA

27
DROGE OGEN
  • AANDOENING VAN HET OOGOPPERVLAK
  • OOGOPPERVLAK
  • CORNEA
  • EN
  • DE ADNEXAE VERANTWOORDELIJK VOOR
    BESCHERMING,VOEDING,HYDRATATIE EN AANVOER VAN
    ZUURSTOF
  • OOGLEDEN
  • CONJUNCTIVA
  • TRAANKLIEREN
  • TRAANFILM

28
DROGE OGEN
  • SYMPTOMEN
  • PRIKKENDE OGEN
  • BRANDERIGHEID EN PIJN
  • VISUSSTOORNISSEN
  • Mucus zwemt rond in het tranenvocht en hecht zich
    niet vast aan het epitheel
  • LAST VAN LICHT

29
Het  Oogoppervlak 
Traanfilm
Lipide laag waterige laag mucine laag
Oogoppervlak
Traanklieren
Voornaamste TK Accesoire TK
Conjunctiva Cornea
Oogleden
30
CORNEA een transparent venster
  • De 1ste lens van het oog
  • Voorste deel van het oog
  • In continuïteit met de sclera
  • Vaste en convexe lens
  • Elliptisch
  • 2/3 van de optische kracht van het oog
  • Transparent

10.6 mm
11.7 mm
31
CORNEA
  • Grens corneale limbus
  • Blauw-grijze lijn
  • Overgang tussen de sclera, de bulbaire
    conjunctiva en de cornea
  • Bevat kleine haarvaten voor voeding en
    zuurstofvoorziening van de cornea
  • De corneale limbus wordt gebruikt als een
    chirurgische gids

Corneale limbus
32
CORNEA
  • Een sleutelwoord Transparantie
  • Geen bloedvaten
  • Weinig immunitaire cellen
  • Veel zenuwen
  • Sensitieve zenuwen
  • In contact met de omgeving
  • Bescherming, verdediging, voeding,
    zuurstoftoevoer, hydratatie
  • Oogleden
  • De traanfilm
  • Conjunctiva

33
OOGLEDEN anatomie, fysiologie
  • oogbol adnexae
  • 2 Oogleden per oog
  • Eén bovenste ooglid
  • Eén onderste ooglid
  • Begrensd met oogwimpers (2 rijen)
  • Ooghoeken of canthi

bovenste ooglid
Laterale hoek laterale canthus
middenste hoek middenste canthus
onderste ooglid
34
OOGLEDEN Anatomie en fysiologie
  • Bovenste en onderste oogleden
  • Voorste huid gedeelte
  • Lucht
  • Achterste conjunctivale gedeelte
  • Bulbaire conjunctiva
  • Cornea
  • Bovenste ooglid groter
  • Onderste ooglid minder mobiel
  • Ooglid rand
  • Overgang tussen huid - conjunctiva

achterste gedeelte
Voorste gedeelte
ooglid rand
35
OOGLEDEN Anatomie en fysiologie
bovenste palpebrale sulcus of plooi
Onderste palpebrale sulcus of plooi
36
OOGLEDEN Anatomie en fysiologie
Halvemaans plooi
Laterale hoek laterale canthus
Caruncula traanis
middenste hoek middenste canthus
Palpebrale spleet
Traanpunten
37
OOGLEDEN Anatomie en fysiologie
  • Huid
  • Spieren
  • Fibreuze plaat
  • Klieren
  • Conjunctiva
  • Oogwimpers

38
OOGLEDEN Anatomie en fysiologie
  • Huid
  • Heel dun
  • Glad
  • Heel rekbaar
  • Spieren
  • Orbicularis palpebrae
  • Sluiting oogleden
  • Levator palpebrae
  • Optrekken bovenste ooglid
  • Retractor palpebrae
  • onderste ooglid

Levator palpebrae
Orbicularis palpebrae
39
OOGLEDEN Anatomie en fysiologie
  • Tarsus (tarsale plaat)
  • Het  skelet  van het ooglid
  • Fibreus en elastisch
  • Bevat klieren
  • Meibomius klieren
  • Binnenin de tarsus
  • Vetlaag van de TF
  • 20 tot 35 in het gt ooglid
  • 25 tot 28 in het lt ooglid
  • Monden uit in de achterste ooglid rand

40
OOGLEDEN Anatomie en fysiologie
  • Ooglid rand
  • Verbinding tussen huid en conjunctiva
  • Voorste ooglid rand
  • oogwimpers2 - 4 rijen
  • klieren van Zeiss (talg)
  • klieren van Moll (zweet)
  • Achterste ooglid rand
  • Openingen van Meibomius klieren

41
OOGLEDEN KNIPPEREN
  • 3 TYPES
  • Gewild knipperen
  • Spontaan of ongewild knipperen
  • Reflex knipperen
  • 2 FAZEN
  • Sluiting
  • Opening

42
OOGLEDEN KNIPPEREN
  • Bescherming van het corneale en conjunctivale
    oppervlak
  • Corpus alienum
  • Licht
  • Traanfilm
  • Secretie
  • Verspreiding
  • Afvoer

43
OOGLEDEN KNIPPEREN
  • 2 FAZEN
  • Sluiting
  • Samendrukken klier
  • Excretie van kliersecreties
  • Drainage van de oude tranen naar de traanpunten
  • Sluiten van de traanpunten
  • Opening
  • Homogene verspreiding van een nieuwe traanfilm
  • Opening traanpunten (pomp)

44
OOGLEDEN
  • BESLUIT
  • Bescherming van de cornea
  • Productie traanfilm
  • Homogene verspreiding van de traanfilm
  • Voeding van de cornea

Atteinte palpébrale perturbation surface
oculaire
45
DE TRAANKLIEREN
  • De voornaamste traanklier
  • Orbitaal
  • Accesoire traanklieren
  • klieren van Wolfring
  • klieren van Krause
  • klieren van Manz
  • Kryptes van Henle

46
DE TRAANKLIEREN
SiDe CHU Tours, Chirurgie Maxillo-Faciale
47
DE TRAANFILM
  • 3 lagen
  • lipidelaag
  • Waterige laag
  • mucine laag

Corneaal epitheel
48
DE TRAANFILM de lipide laag
  • Productie
  • Meibomius klieren
  • Zeiss klieren
  • Samenstelling
  • vetten

Wax esters 35
Cholesterol esters 30
Polaire vetten (membraan fosfolipiden) 16
Di-esters 8,5
Triglyceriden 4
Vrije vetzuren 2
Vrije sterolen 2
49
DE TRAANFILM de lipide laag
  • Functies
  • Vertraagt de verdamping van de waterige laag
  • Stabiliseert de traanfilm
  • Verzamelt en verwijdert vreemde elementen
    (stof,)
  • Antibacterieel vetzuren mucine bactericide
  • Mechanische barrière barrière tegen besmetting
    door talg thv ooglid rand (talg kan de
    pre-oculaire vetlaag verstoren)
  • Maakt de pre-oculaire traanfilm glad, en verhoogt
    de optische kwaliteit

Lozato PA, Pisella PJ, Baudouin C. Phase
lipidique du film lacrymal physiologie et
pathologie. J Fr Ophtalmol 2001 24 (6) 643-58.
50
DE TRAANFILM de waterige laag
  • productie
  • Voornaamste traanklier
  • klieren van Wolfring
  • klieren van Krause
  • samenstelling
  • Water 98.2
  • Ionen Na, K, Mg, Ca, Mn,
  • Zuurstof, koolstof dioxide
  • Glucose
  • Complement systeem
  • Proteïnen (albumine, lysozyme, IgA, )

51
DE TRAANFILM de mucine laag
  • Productie
  • Slijmbekercellen gelegen in de conjunctiva
  • Henlés krypten
  • klieren van Manz
  • Samenstelling
  • Mucines glycoproteïnen
  • Functies
  • Kleven traanfilm op het cornea-epitheel
  • Lubricatie

52
DE TRAANFILM afvoer
  • Verdamping
  • 1/3 tot 2/3 van basale tranen
  • Grote variatie volgens luchttemperatuur en
    vochtigheid. Hangt af van de kwaliteit van de
    vetlaag
  • 4 keer hoger bij abnormale vetlaag
  • Traanpomp (traanwegen)
  • Keratoconjunctivale absorptie
  • Bilaterale waterige uitwisselingen
  • Zuurstof en natrium transport
  • Kunnen belangrijk zijn tijdens de slaap, wanneer
    de verdamping en de traanpomp niet actief zijn

53
DE TRAANFILM afvoer
  • Traanpomp(traanwegen)
  • traanpunten
  • Traankanalen
  • Gemeenschappelijk kanaal
  • Traanzak
  • Nasolacrimaal kanaal
  • Behoren niet tot het oogoppervlak

54
DE TRAANFILM regeling van de secretie
  • Sensitief
  • Corneale reflex (reflex boog)
  • Autonoom Zenuw Stelstel
  • Parasympathetisch
  • Centraal Zenuw Stelsel (CZS)
  • Emoties ...
  • Hormonen
  • androgenen en oestrogenen

55
DE TRAANFILM regeling van secretie
  • Reflex boog (sensitieve corneale zenuwen)
  • Corneale aesthesia

Hersenen
Cornea Pijn ?
Traanklieren
56
DE TRAANFILM regeling van secretie
  • Autonoom Zenuw Stelsel
  • Regelt en controleert veel organen en spieren in
    ons lichaam, buiten onze wil om (vs. CZS)
  • 2 antagoniste systemen
  • Sympathetisch mediator noradrenaline
  • Parasympathetisch mediator acetylcholine
  • Parasympathetisch ? regelt exocriene secreties
    (maag, speeksel, tranen )

57
DE TRAANFILM functie van het knipperen
  • 2 fazen
  • Sluiting
  • Samendrukken klier
  • Excretie van klier secreties
  • Drainage van  oude  tranen naar de traanpunten
  • Sluiting traanpunten
  • Opening
  • Homogene spreiding van een  nieuwe  traanfilm
  • Opening traanpunten (pomp)

58
DROGE OGENSjögren syndroom
  • Chronische auto-immuun ziekte (exocrinopathie)
  • Dysfunctie en vernietiging van exocriene klieren,
    geassocieerd met een infiltratie van lymphocieten
    en een immune hyperreactiviteitchronische
    ontsteking waardoor verminderde afscheiding van
    tranen en speeksel ontstaat
  • DROGE MOND, DROGE OGEN, etc.
  • Oculaire betrokkenheid bij 90 van de patiënten
    met Sjögren syndroom
  • Primair (enkelvoudig) of secondair (geassocieerd
    met een andere autoimmuun ziekte RHEUMATOÏDE
    ARTHRITIS)
  • Voornamelijk vrouwen, 40 - 60 jaar, (9V/1M)

Orphanet. Accédé le 01.04.09
59
DROGE OGEN door tekort aan water
  • Veroudering
  • Krimpen traanklieren
  • Menopauze
  • Daling androgenen

60
DROGE OGEN door verdamping
61
DROGE OGEN door verdamping
  • Intrinsieke oorzaken
  • Meibomius klier dysfunctie
  • Meibomitis
  • Chalazion
  • Storingen van de opening van de oogleden
  • Endocriene exophthalmos
  • Hoge myopie
  • Storingen van ooglid/oogbol contact
  • Slechte positie ooglid of ooglid misvorming
  • Entropion, ectropion
  • Afhangende oogleden
  • Plastische chirurgie van de oogleden

Meibomitis
Chalazion
Onregelmatigheiden vrije ooglidrand
62
DROGE OGEN door verdamping
  • Intrinsieke oorzaken
  • Lage frequentie van het knipperen
  • Activiteit waarbij fixatie vereist is (wijde
    opening van de ogen)
  • Werken met computer scherm
  • Microscoop
  • Autorijden
  • TV
  • Ziekte van Parkinson
  • Isotretinoïne

63
Droge ogen door verdamping
  • Extrinsieke oorzaken
  • Storingen van het oogoppervlak
  • Vitamin A deficiëntie
  • Oogdruppels en bewaarmiddelen
  • Antihistaminica
  • ß-blokkers
  • Lokale anesthetica
  • bewaarmiddelen
  • Contact lenzen (daling aantal Meibomius klieren)
  • Aandoeningen oogoppervlak (OSD)
  • Allergische conjunctivits
  • Infecties
  • Verbrandingen

64
DROGE OGENDe oorzakelijke mechanismen
65
DROGE OGEN en ontsteking
Elk droge ogen syndroom is geassocieerd met
ontsteking
Uitdroging Cornea en Conjunctiva
Cel beschadiging ? Vrijzetting ontstekingsmediator
en
ONTSTEKING
66
DROGE OGEN en ontsteking
Elke ontsteking van het oogoppervlak veroorzaakt
een droge ogen syndroom
ONTSTEKING
Cel beschadiging
67
DROGE OGEN en ontsteking
Meibomius klieren
Alteration van Meibomius secreties
ONTSTEKING
Wijzigingen vetlaag
Traanklieren
? waterige secretie
Cel beschadiging
? VERDAMPING
Conjunctivale beschadiging
Hyperosmolariteit
? Slijmbekercellen
Corneale beschadiging
? mucine secretie
DROGE OGEN
68
DROGE OGEN
  • Er is niet één droge ogen syndroom
  • Er zijn verschillende Droge Ogen
  • Ethiopathogenesis
  • Tekort aan water
  • Evaporatief
  • Elk Droge Ogen Syndroom leidt tot DISCOMFORT
    voor de patiënt

69
DROGE OGEN Symptomen
  • Eén woord discomfort
  • Expressie kan variëren volgens de patiënten
  • Herhaaldelijk tot obsessief
  • Intensiteit van discomfort IS NIET NOODZAKELIJK
    verbonden met de intensiteit van de corneale
    beschadiging

70
DROGE OGEN Symptomen
  • Meerdere en niet specifieke functionele tekenen
  • Discomfort
  • Gevoel van prikken, branden, oculaire pijn
  • Gevoel van vreemd lichaam (corpus alienum),
    schuren (zand in het oog)
  • Gevoel van droge ogen
  • Jeuk
  • Slijmstriemen
  • Moeilijkheden om de ogen te openen s morgens bij
    ontwaken (om de oogleden van het oogoppervlak te
    halen)
  • Paradoxale tranenvooral bij wind of fel licht
  • Afscheiding
  • Troebel zicht
  • Photophobie

71
DROGE OGEN Ondervraging van de patiënt
  • Leeftijd, geslacht
  • Activiteiten plaats en soort job, ontspanning
  • Omstandigheden waarbij droge ogen optreden
  • Geneesmiddelen
  • Oculair
  • Systemisch antidepressiva, neuroleptica,
    antihistaminica, geneesmiddelen tegen Parkinson,
    acne (isotretinoïne),
  • Contact lenzen (zelfs occasioneel)
  • Trauma, recente oculaire infecties,
  • Hormonale status
  • Menopauze, menstruatie cyclus, orale
    contraceptiva, hormoon substitutie
  • Voorgeschiedenis ziekten
  • Allergie
  • Auto-immuun ziekten rheumatoïde arthritis
  • Systemische chronische ziekten diabetes,
    hypertensie...

72
DROGE OGEN onderzoek
  • Onderzoek aangezicht
  • Spleetlamp onderzoek
  • Oogleden
  • Voorste oogsegment
  • Conjunctiva
  • Cornea
  • Diagnose testen
  • Geen specifieke testen

73
DROGE OGEN diagnose testen
  • traan hoeveelheid
  • Schirmer I test, zonder anesthesie
  • Basale reflex secreties
  • Schirmer II test, met anesthesie (Jones test)
  • Basale secretie
  • Traanfilm stabiliteit
  • BUT (Break-Up Tijd)
  • NIBUT Non-Invasive Break-Up Tijd
  • Fluoresceïne test
  • Oogoppervlak beschadiging
  • Hoogte traan meniscus

74
DROGE OGEN diagnose testen
  • Roze Bengaal of Lissamine Groen
  • Score Oogoppervlak beschadiging

Roze Bengaal
Lissamine Groen
75
DROGE OGEN pathologisch of niet pathologisch?
  • Niet pathologische Droge Ogen
  • Crisis en herstel, naargelang de omgeving
  • Zelden complicaties
  • Eenvoudige uitdroging
  • de oorzakelijke factor kan verwijderd worden
  • Evolutieve pathologische Droge Ogen
  • Permanente tekenen en symptomen
  • Verergeren met de jaren
  • Frequente complicaties
  • Ontsteking
  • Endogeen

Keratoconjunctivitis sicca
76
DROGE OGENDe tekenen van KCS
  • Keratoconjunctivitis sicca
  • Oppervlakkige keratitis punctata (SPK)
  • Filamentaire keratitis
  • Corneale ulceratie
  • Wit schuim
  • Oogleden kleven op het oogoppervlak bij het
    ontwaken

77
DROGE OGEN Behandeling
  • Geen curatieve behandeling voor pathologisch DOS
    (Droge Ogen Syndroom)? Palliatieve Behandelingen
  • Hygiëne (Oogleden)
  • Behandeling van samenlopende ziekten
  • Kunsttranen
  • Sluiting traanpuntjes
  • Plugs
  • Lijm

78
Kunsttranen
  •  Substituten 
  • Genezen
  • Substituut voor tranen
  • Zouden  comfortabel moeten zijn
  • Zouden de symptomen van de patiënten moeten
    verlichten
  • Kunnen de stabiliteit van de traanfilm verhogen
  • Kunnen het cornea epitheel beschermen
  • Verschillende moleculen, verschillende effecten
  • Hoe de weg vinden?
  • Maar, laat ons starten

79
Kunsttranen
  • Een gouden standaard
  • Kies voor  bewaarmiddelvrije oogdruppels 

bewaarmiddelen zijn
Toxisch (zeep effect)
Allergiserend
Traan toxiciteit
Cel en membraan toxiciteit
80
OOGOPPERVLAK EN BEWAARMIDDELEN
81
Schadelijke effecten bewaarmiddelenSamenvatting
  • Allergiserend Potentieel oorzaak van
    blepharoconjunctivitis
  • Wijziging van de vetlaag van de traanfilm
  • Daling aantal Conjunctivale slijmbekercellen
  • Wijziging Epitheliale Barrière
  • Algemene schade die leidt tot Ontsteking van het
    Oogoppervlak

82
Kunsttranen
  • Contact tijd
  • Tijd gedurende
  • welke de kunsttranen in contact blijven met de
    cornea
  • Niet noodzakelijk verbonden met de viscositeit
  • Mucoadhesieve of bioadhesieve eigenschappen
  • Mogelijkheid om aan het Oogoppervlak te binden
  • Bepaalt de contact tijd
  • Lubricatie, smering
  • Vergemakkelijkt de bewegingen van de oogleden bij
    opening of sluiting
  • Maakt de Traanfilm glad

83
Rheologische eigenschappen
  • Rheologie
  • Reologie (van het Grieks rhei (stromen),
    vergelijk panta rhei) is het vakgebied dat een
    aantal fysische stromingseigenschappen van
    materialen bestudeert. De reologie beschrijft de
    relatie tussen de opgelegde spanning (of kracht)
    op een materiaal en de vervormingen die daardoor
    teweeg gebracht worden.
  • ViscositeitWeerstand van een vloeistof tegen
    vloeienViscositeit is de ratio van de
    schuifspanning tov de snelheidsgraad(Viscositeit
    is de 'stroperigheid of traagvloeibaarheid' van
    een vloeistof of van een gas. Preciezer
    uitgedrukt de eigenschap van een fluïdum die
    aangeeft in welke mate deze weerstand biedt tegen
    vervorming door schuifspanning. Zo is water een
    voorbeeld van een vloeistof met een lage
    viscositeit, honing een voorbeeld van een
    vloeistof met een hoge viscositeit. Het
    vloeigedrag van stoffen wordt bestudeerd in de
    rheologie. De naam viscositeit is afgeleid van de
    latijnse naam voor de maretak, waarvan in vroeger
    tijden 'vogellijm' werd gemaakt )

84
Rheologishe eigenschappen
  • Newtoniaanse vloeistoffen
  • Vloeistoffen met constante viscositeit, ongeacht
    de schuifspanning
  • vb water (de verandering van vorm is enorm in
    vergelijking met de toegepaste spanning)
  • Thixotrope vloeistoffen
  • Hun viscositeit daalt met de snelheid van hun
    vormwijziging vb. mayonnaise, verf, tranen
  • Ze worden ook  niet-newtoniaanse  of
     visco-elastische  vloeistoffen genoemd
  • Thixotropie of pseudoplasticiteit is de
    eigenschap van een niet-newtoniaanse vloeistof,
    waarbij de viscositeit bij een constante
    schuifspanning door de tijd afneemt. Na het
    opheffen van de schuifspanning keert de
    beginviscositeit weer terug. De afname van
    viscositeit wordt veroorzaakt doordat de
    samenstellende deeltjes zich evenwijdig aan de
    opgelegde afschuifspanning gaan oriënteren.

85
Kunsttranen
  • Fysiologisch serum (zout oplossing) (Kunsttranen)
  • Semi-Visceuze en Visceuze Kunsttranen
  • Carbomeer Gels
  • Natrium Hyaluronzuur

86
Tranen en Visceuze Oplossingen
  • Fysiologisch serum
  • PVP (polyvinyl pyrrolidon)
  • PVA (polyvinyl alcohol)
  • Cellulose derivativen
  • Hypromellose (HPMC of hydroxypropylmethylcellulose
    )
  • Carmellose (CMC o carboxymethylcellulose)

87
Tranen en Visceuze Oplossingen
  • Fysiologisch Serum
  • de oudste kunsttraan
  • Hydratatie
  • Korte contact tijd
  • PVP (polyvinyl pyrrolidon), PVA (polyvinyl
    alcohol)
  • Hydratatie, lubricatie (smering)
  • Corneale contact tijd langer dan fysiologisch
    serum
  • Mucoadhesief
  • Cellulose derivativen Hypromellose en Carmellose
  • Verdikkende agentia (gebruikt om tabletten te
    omhullen)
  • Hydratatie, lubricatie (smering)
  • Water opslorpen en zwellen
  • Wijziging corneale contact tijd
  • Hoge concentratie ( 1 ) troebel zicht
  • Depots oogwimpers (cake Oogleden)

Agarwal A. Dry eye. A practical guide to ocular
surface disorders and stem cell surgery. Slack
Inc. Thorofare. NJ, USA. 2006 (p.115-36)Offret
H, Labetoulle M., Frau E. Thérapeutique
médicamenteuse en ophtalmologie. Masson. Paris.
France. 2003. (p. 213-30)
88
Carbomeer Gels
  • Carbomeren of polyacryl zuren carboxyvinyl
    polymerencarboxypolyethylenen
  • Carbopol merk

Pouliquen P. Les gels de carbomère dans le
traitement de lœil sec. J Fr Ophtalmol. 1999 22
(8) 903-13
89
Carbomeren
  • Gelvormende eigenschappen
  • Hydrofiele macromolecules, vormen een 3
    dimensioneel netwerk
  • In staat om grote hoeveelheden water op te slaan
  • Waterige gel
  • Stabiel
  • Transparent
  • Niet gekleurd
  • Niet kleverig

Pouliquen P. Les gels de carbomère dans le
traitement de lœil sec. J Fr Ophtalmol. 1999 22
(8) 903-13
90
Carbomeren
  • Hydrofiele eigenschappen
  • Water tank
  • Bij gelvorming slorpt het netwerk meer dan 1000
    keer hun eigen volume in water
  • ?gel vorming maakt een lage hoeveelheid carbomeer
    noodzakelijk
  • Water dispenser
  • In contact met de ionen van de traanfilm
  • Viscositeit daalt
  • Water de het netwerk wordt vrijgezet

91
Natrium hyaluronzuur
  • Polysaccharide polymeer Voornamelijk
    geproduceerd door biofermentatie
  • Normaal aanwezig in het menselijk lichaam
  • Elasticiteit en hulp bij hydratie
  • huid, gewrichten, oog
  • Therapeutisch gebruik
  • Rheumatologie injecties gewrichten (lubricatie
    gewrichten)
  • Urologie interstitiële cystitis
  • Cosmetica rimpels gezicht en hals, cosmetische
    zalven
  • Oogheelkunde bescherming van het corneale
    endotheel tijdens cataract chirurgie

92
DROGE OGEN behandeling
  • LIPIMIX
  • MICROEMULSIE VAN FOSFOLIPIDEN EN TRIGLYCERIDEN
  • STABILISEERT DE TRAANFILM
  • BEVORDERT HET EPITHELISATIEPROCES VAN CORNEA
  • HERSTELT DE LIPIDENLAAG EN VERMINDERT DE
    VERDAMPING VAN DE WATERIGE LAAG
  • SYSTANE ULTRA
  • HP-Guar,boraat,sorbitol
  • LAGE VISCOSITEIT BIJ INDRUPPELENMINIMAAL WAZIG
    ZICHT
  • PH past zich aan aan de PH van traanfilm
  • HOGE ELASTICITEITLANGDURIGE BESCHERMING
Write a Comment
User Comments (0)
About PowerShow.com