Title: Meer levenskwaliteit met domotica
1Meer levenskwaliteit met domotica
- Effectonderzoek naar de toepassing van domotica
in kleinschalige groepswoningen voor mensen met
dementie.
Steve Lauriks
2Inhoud
- Inleiding
- Vraagstellingen
- Methode
- Resultaten
- Conclusie
- Discussie
- Aanbevelingen
3Inleiding
- Technologische ondersteuning van mensen met
dementie kan een kwaliteitsverbeterend effect
hebben (De Jong et al., 2005). - Domotica als ondersteuning bij oriëntatie,
bewegingsvrijheid en zelfstandigheid. - Wetenschappelijk onderzoek naar de effecten van
domotica bij mensen met dementie is nog niet
eerder uitgevoerd. - Implementatie domotica woon-zorgcentrum Leo Polak
gesubsidieerd door VROM, VWS, WN en het CBZ - VU medisch centrum voerde hier in samenwerking
met de GGD Amsterdam effectonderzoek uit.
4Vraagstellingen
- Welk effect heeft de toepassing van domotica op
de kwaliteit van leven van de persoon met
dementie? - Welk effect heeft de toepassing van domotica op
de arbeidssatisfactie en werkdruk van het
personeel? - In hoeverre kan domotica worden ingezet als
alternatief voor traditionele vrijheidsbeperkingen
? - Welke factoren hebben de invoering van domotica
bevorderd dan wel belemmerd?
5Methode
- Design
- Onderzoeksgroep
- Interventie
- Meetinstrumenten
6Design
- Personen met dementie
- Pretest-posttest controlegroep design met
gerandomiseerde groepen (RCT) - Verzorgend personeel
- Pretest-posttest controlegroep design
- Bevorderende en belemmerende factoren
- Kwalitatief onderzoek. Interviews met vijf
sleutelfiguren in de organisatie tijdens
implementatie van domotica
7Onderzoeksgroep
- Personen met dementie
- Experimentele groep 30 bewoners (5 woningen)
- Controle groep 24 bewoners (4 woningen)
- Verzorgend personeel
- Experimentele groep 14 verzorgenden
- Controle groep 11 verzorgenden
- Geïnterviewde sleutelfiguren
- woonbegeleider, senior woonbegeleider, manager
kleinschalig groepswonen Leo polak, regiomanager
Osiragroep, ICT medewerker
8Interventie
- Domotica voor ouderen met dementie
- Iedere functie is per kamer of groepswoning in te
- stellen
- Op basis van individuele voorkeur
- Persoonlijk profiel
- Leefcirkels
- Automatische schakeling van verlichting in
slaapkamer, woonkamer, badkamer en looppad - Melding van hulp oproep, verlaten slaapkamer,
betreden badkamer en inactiviteit (overdag) in
slaapkamer
9Profiel van de groepswoning
10Profiel van de kamer van een bewoner
11Leefcirkels
- Groepswoning
- Binnenstraat
- Gebouw incl. tuin
12Meetinstrumenten bewoners
- Controlevariabelen
- MMSE, demografische gegevens, life-events,
zorgverleden, zorgindicaties. - Uitkomstvariabelen
- Kwaliteit van leven, Qualidem (gedragsobservatie,
9 subschalen) en DQoL (zelfrapportage, 5
subschalen). - Aantal valincidenten
- Gebruik van Middelen Maatregelen
- Zorgbehoefte in wonen, geheugen, mobiliteit en
psychische nood CANE - Bewegingsactiviteit, bewegingsmeters, logfiles
domotica
13Meetinstrumenten verzorgenden
- Controlevariabelen
- Demografische gegevens, attitude ten aanzien van
dementie (ADQ), uitvoering van de interventie. - Uitkomstvariabelen
- Arbeidssatisfactie, MAS-GZ (zelfrapportage, 7
subschalen). - Werkdruk, UBOS (zelfrapportage, 4 items).
- Geestelijke gezondheid, AGV-28 (zelfrapportage, 4
subschalen) - Ziekteverzuim in vergelijking met andere
afdelingen - Personeelsbezetting
14Resultaten
- Controle variabelen
- Effecten bewoners
- Effecten verzorgenden
15Controlevariabelen
Variabele Variabele Exp. groep Con. groep
Leeftijd Leeftijd 84 (sd 5,6) 83 (sd 7,1)
Geslacht Vrouw 19 16
Geslacht Man 11 8
MMSE MMSE 12 (sd 7) 10 (sd 7)
Er werden ook geen significante verschillen
tussen de groepen gevonden op demografische
gegevens, diagnose, zorgverleden, zorgindicaties
en life-events
De verzorgenden in de experimentele groep
verschillenden niet significant van de
controlegroep op demografische variabelen en
benadering van dementie
16Effecten bewoners
- Kwaliteit van leven
- Minder sociale isolatie
- Meer om handen
- Hogere esthetische waardering
- Hogere zelfgerapporteerde kwaliteit van leven
- Valincidenten
- Minder valincidenten in de badkamer/ toilet
- Geen significant verschil in valincidenten op
andere locaties en het totaal aantal
valincidenten
17Effecten bewoners
- Bewegingsgedrag
- Tenminste 43 van de bewoners met toegang tot
leefcirkel 2 maakte hier gebruik van - De bewoner met toegang tot leefcirkel 3 heeft
hier tenminste 5 keer gebruik van gemaakt - Behoefte aan zorg en ondersteuning
- Geen significant verschillende toe- of afname in
zorgbehoefte op het gebied van wonen, geheugen,
mobiliteit en psychische nood - Gebruik van Middelen en Maatregelen
- Geen significant effect van domotica op de
toepassing van middelen en maatregelen
18Effecten verzorgenden
- Arbeidssatisfactie
- Geen significant effect van domotica op
arbeidssatisfactie - Geen significante toe- of afname van totale groep
- Werkdruk
- Geen significant effect van domotica op ervaren
werkdruk - Significant minder waardering van de werksituatie
- Geestelijke gezondheid
- Geen significant effect van domotica op de
geestelijke gezondheid van verzorgenden
19Effecten verzorgenden
- Ziekteverzuim
- Significant lager gemiddeld ziekteverzuim dan op
de PG-afdelingen waarmee werd vergeleken - Het ziekteverzuim in kleinschalig groepswonen nam
in de meetperiode wel toe - Personeelsbezetting
- Door domotica kon 1 dienst per nacht minder
ingezet worden (1 per 6 woningen in plaats van 1
per 4 woningen) - Uitvoering van de interventie
- Aanpassing van het systeem had een significant
effect op de gebruiksvriendelijkheid en het
vertrouwen van verzorgenden
20Bevorderende en belemmerende factoren
- Factoren die de resultaten van het
effectonderzoek mogelijk - beïnvloed hebben
- Technische problemen tijdens de invoering van
domotica - Door personeelstekorten moesten regelmatig
flexwerkers en uitzendkrachten worden ingezet die
niet bekend waren met domotica - Gebrek aan basale kennis van ICT
(computergebruik) bij verzorgenden - De werkwijze in kleinschalig groepswonen was voor
veel verzorgenden nieuw
21Conclusie
- Uit de gevonden resultaten kunnen we concluderen
dat - Domotica een positief effect heeft op de
kwaliteit van leven van mensen met dementie in
kleinschalige groepswoningen -
- Mogelijke verklaring van dit effect toegenomen
bewegings-vrijheid, meer daglicht, meer
zelfstandigheid en betere lichtsituatie in de
groepswoning - Domotica lijkt het valrisico te kunnen beperken
doordat verzorgenden met name s nachts eerder
ter plaatse zijn om een bewoner met een verhoogd
valrisico te assisteren
22Conclusie
- Domotica bleek geen invloed te hebben op de
arbeidssatisfactie en werkdruk van verzorgenden - Extra inspanning van verzorgenden tijdens de
implementatie. - Aanleren nieuwe routines
- Domotica bleek niet te leiden tot (nog) minder
toegepaste middelen en maatregelen - Het aantal toegepaste middelen en maatregelen was
bij aanvang van het onderzoek al gering - Mogelijk wel in de toekomst bij toename
betrouwbaarhied techniek
23Discussie
- Beperkingen van onderzoek
- Kwaliteit van leven voornamelijk op basis van
observatie en beperkt op zelfrapportage - De methode om de bewegingsactiviteit te bepalen
was niet betrouwbaar en dient verbetert - Selecte groep proefpersonen terughoudend met
generaliseren naar andere groepen zoals in
thuissituatie, verpleeghuis, mensen met ernstige
gedragsproblemen - Gegevens over het ziekteverzuim verzorgenden
alleen op groepsniveau en niet op individueel
niveau
24Aanbevelingen
- Toekomstig onderzoek zou gericht moeten zijn op
- Nadere bepaling effect van domotica op
bewegingsactiviteit van mensen met dementie en
ziekteverzuim van verzorgenden - Ontwikkeling van scholingsprogrammas voor
verzorgenden - Ontwikkeling van standaarden in technologie
- Onderzoek naar een ethisch en juridisch
verantwoord gebruik van domotica
25Meer weten?
- Gedetailleerde informatie over het onderzoek is
- terug te vinden in het onderzoeksrapport.
- Meer levenskwaliteit met domotica
- S.lauriks, J.P. Osté, C.M.P.M. Hertogh en R.M.
Dröes, 2008