Title: Jongeren en geld
1Jongeren en geld
2Doelstellingen
- Het doel van deze studie bestaat erin te bepalen
over hoeveel zakgeld en andere (geld)middelen de
jongeren kunnen beschikken en hoe ze ermee
omgaan. - Dankzij deze studie kan een analyse worden
gemaakt van verschillende elementen van de kijk
op zakgeld - Volume en bedrag van het zakgeld
- Aanwending van het zakgeld
- Individueel gedrag op het gebied van het
(be)sparen - Sociaal-demografische variabelen
3Methodologie
- 1.035 kwantitatieve interviews in België via
persoonlijke gesprekken met jongeren en ouders
128 jongeren van 11-12 jaar, 163 jongeren van
15-17 jaar, 494 jonge studenten van 18-25 jaar,
250 ouders met kinderen van 7-8 jaar, 9-10 jaar
en meer. - Field maart-mei 2003.
- Aselecte gelaagde gecorrigeerde steekproef
volgens de methode van de valpunten. De
interviews met de jongeren (11-12 jaar, 15-17
jaar en 18-25 jaar) werden afgenomen zonder dat
de ouders erbij waren. Voor de groep boven de 18
werden enkel studenten ondervraagd. - De resultaten hebben de gepaste statistische
bewerkingen (c2, foutmarge) ondergaan. - De totale maximale foutmarge op de steekproef
bedraagt 3,0 . - Enkel de betekenisvolle resultaten worden
voorgesteld. Elk gegeven werd evenwel
geanalyseerd - volgens de profielen - in functie
van de locatie (Provincie), het geslacht, de
leeftijd, de sociale groep, de taalgroep en het
opleidingstype. - Voor de Europese vergelijkingen werd de studie
van UniBoon (2001) gebruikt.
4Symbolen en hun betekenis
Meisje
Jongen
Hogere sociale groepen (SG 1-4)
Lagere sociale groepen (SG 5-8)
5Jongeren en geld
- Ontvangen zakgeld
- Andere uitgaven die de ouders betalen
- Artikelen die de kinderen kopen tijdens het
boodschappen doen
6Zakgeld
- Geeft u uw kind zakgeld ?
42
Geen zakgeld
- 6 op de 10 kinderen tussen 7 en 18 jaar ontvangen
zakgeld van hun ouders.
Zakgeld
58
7Andere uitgaven die de ouders betalen
- Komt u nog in andere uitgaven tussen, bovenop het
zakgeld dat u aan uw kinderen geeft?
- Alle ouders van de ondervraagde jongeren
verklaren dat ze in andere uitgaven tussenkomen.
Ouders die tussenkomen
100
8Andere uitgaven die de ouders betalen
- Welke uitgaven hebt u in de voorbije 12 maanden
op u genomen?
- Het zakgeld wordt in de eerste plaats gebruikt
als een systeem om geld te leren beheren. - Aanvullend daarbij nemen de ouders andere
uitgaven op zich, zoals de aankoop van - Kleding (2 op de 3 gevallen)
- Schoolmateriaal (1 op 2 gevallen), ook al is
onderwijs gratis - En minder vaak ook uitgaven voor
- Schoenen, tijdschriften, vrije tijd (bioscoop,
uitgaan, spellen), gezondheid (minder courant),
sportuitrusting...
Totaal gt 100, meerdere antwoorden mogelijk
9Artikelen die de kinderen kopen
- Artikelen die de kinderen kopen bij het
boodschappen doen met de ouders
- De meeste kinderen leggen nog tal van artikelen
in het winkelwagentje die ze niet met hun zakgeld
betalen - Snoep (9 op de 10 gevallen)
- Algemene voeding (8 op de 10)
- Dranken (1 op de 2)
- En minder vaak
- Chips, zuivelproducten, koekjes, cosmetica,
tijdschriften, CD-DVD-cassettes, schoolmateriaal,
spelletjes of kleding.
Totaal gt 100, meerdere antwoorden mogelijk
107-8 jaar
- Ontvangen zakgeld
- Bedrag aan zakgeld
- Andere uitgaven die de ouders betalen
- Top 5 van artikelen die de kinderen zelf kopen
11Zakgeld à 7-8 jaar
- Geeft u zakgeld aan uw kind?
67
Geen zakgeld
- 1 op de 3 kinderen van 7 à 8 jaar krijgt zakgeld.
33
Zakgeld
12Zakgeld à 7-8 jaar
- Hoeveel zakgeld geeft u aan uw kind per maand?
- Kinderen van 7 à 8 jaar krijgen gemiddeld per
maand 10,50 zakgeld. - De voorbije 10 jaar is dit bedrag regelmatig
toegenomen. - Bij de overgang naar de euro werden de bedragen
naar boven afgerond. - Er is geen uitgesproken verschil tussen jongens
en meisjes.
Basis ouders die zakgeld geven
13Top 5 van artikelen die de 7- à 8-jarigen zelf
kopen
- Artikelen die kinderen zelf kopen bij het
boodschappen doen met de ouders
- 3 op de 4 kinderen van 7 à 8 jaar kopen snoep en
1 op de 4 koopt tijdschriften bij het
boodschappen doen. - Schoolbenodigdheden, videospelletjes en chips
worden door minder dan 1 op de 10 kinderen
gekocht.
Totaal gt 100, meerdere antwoorden mogelijk
149-10 jaar
- Ontvangen zakgeld
- Bedrag aan zakgeld
- Andere uitgaven die de ouders betalen
15Zakgeld à 9-10 jaar
- Geeft u zakgeld aan uw kind?
45
Geen zakgeld
- Meer dan 1 op de 2 kinderen van 9 à 10 jaar
krijgt zakgeld.
Zakgeld
55
16Zakgeld à 9-10 jaar
- Hoeveel zakgeld geeft u aan uw kind per maand?
- De kinderen van 9 à 10 jaar krijgen gemiddeld 11
zakgeld per maand. - De voorbije 10 jaar is dat bedrag regelmatig
toegenomen. - Bij de overgang naar de euro werden de bedragen
naar boven afgerond. - Er is geen uitgesproken verschil tussen jongens
en meisjes.
Basis ouders die zakgeld geven
1711-12 jaar
- Ontvangen zakgeld
- Waar komt het zakgeld vandaan?
- Aanwending van het zakgeld
- Bedrag van het zakgeld
- Vergelijking op Europees niveau (10-13 jaar)
- Gekochte producten
- Andere uitgaven die de ouders betalen
- Top 6 van artikelen die kinderen zelf kopen
18Zakgeld à 11-12 jaar
- Geeft u zakgeld aan uw kind?
26
Geen zakgeld
- Bijna 1 op de 3 kinderen van 11 à 12 jaar krijgt
zakgeld.
Zakgeld
74
19Waar komt het zakgeld van 11- à 12-jarigen
vandaan?
- Wie geeft je dat zakgeld?
- In meer dan 9 op de 10 gevallen komt het zakgeld
van de ouders en in 1 op de 5 gevallen komt het
van de grootouders. Minder courant komt een ander
familielid (oom, tante, peter, meter, neef enz.)
tussen.
Totaal gt 100, meerdere antwoorden mogelijk
20Aanwending van het zakgeld
- Wat doe je met je zakgeld?
Ik stort het op een bankrekening
- Met het zakgeld dat het kind krijgt, zet het zijn
eerste stappen op het gebied van geldbeheer.
Bijv. bijna 2 op de 3 kinderen van 11 à 12 jaar
besteden hun zakgeld aan de aankoop van een
artikel dat meer kost dan het bedrag dat zij aan
zakgeld ontvangen. Het kind spaart dus gedurende
enige tijd om het nodige bedrag bij elkaar te
krijgen. - Meer dan 1 op de 3 kinderen spaart het op een
bankrekening. - Minder dan 1 op de 10 geeft het geld systematisch
uit.
Ik bewaar het voor een grote aankoop
Ik geef het onmiddellijk uit
Totaal gt 100, meerdere antwoorden mogelijk
21Zakgeld à 11-12 jaar
- Hoeveel zakgeld krijg jij per maand?
- De kinderen van 11 à 12 jaar krijgen gemiddeld 24
zakgeld per maand. - De voorbije 10 jaar is dit bedrag regelmatig
toegenomen. - Bij de overgang naar de euro werden de bedragen
naar boven afgerond. - De meisjes krijgen minder zakgeld dan de jongens.
Het verschil bedraagt ongeveer 10 elke maand.
Tonen zij minder behoefte? Is er sprake van
discriminatie? Of betalen ze rechtstreeks meer
uitgaven voor hun dochters?
18,4
29,5
Basis kinderen die zakgeld krijgen
22Zakgeld à 10-13 jaar
- Europese vergelijking op basis van gelijk
omgerekende koopkracht
- De kinderen van 11 à 12 jaar krijgen gemiddeld
meer zakgeld per maand in - Luxemburg (135), Griekenland (129), Ierland
(116), Nederland (116). - Duitsland (109), Zweden (109), Oostenrijk (103).
- Minder zakgeld in
- Verenigd Koninkrijk (97), Finland (97), Italië
(90), België (90). - Denemarken (84), Spanje (77), Frankrijk (77),
Portugal (71).
gt113
97-113
86-97
lt86
Bron UniBoon. Berekening OIVO. Indexbasis
Europa 100.
23Artikelen die met het zakgeld worden gekocht
46
- Artikelen die de kinderen met hun zakgeld kopen
32
36
- 1 op de 4 kinderen van 11 à 12 jaar koopt
spelletjes (incl. videospelen) met het zakgeld
dat het krijgt en 1 op de 5 koopt DVD, CD en
cassettes of kleding. - Jongens kopen vooral spelletjes meisjes geven
hun geld meer uit aan kleding DVD, CD en
cassettes.
Totaal gt 100, meerdere antwoorden mogelijk
24Top 6 van artikelen die 11- à 12-jarigen kopen
- Artikelen die de kinderen kopen tijdens het
boodschappen doen met de ouders
- 4 op de 5 kinderen van 11 à 12 jaar kopen snoep
bijna 2 op de 4 kopen ontbijtgranen 1 op de 4
koopt chips en 1 op de 5 een tijdschrift tijdens
het boodschappen doen. - Spelen en kleding worden gekocht door 1 op de 10
kinderen.
Totaal gt 100, meerdere antwoorden mogelijk
2515-17 jaar
- Ontvangen zakgeld
- Oorsprong van het zakgeld
- Aanwending van het zakgeld
- Bedrag aan zakgeld
- Europese vergelijking (14-17 jaar)
- Gekochte producten
- Studentenjob
- Andere uitgaven die de ouders betalen
- Top 6 van artikelen die de jongeren kopen
26Zakgeld à 15-17 jaar
- Geeft u zakgeld aan uw kind?
15
Geen zakgeld
- Meer dan 4 op de 5 jongeren van 15 à 17 jaar
krijgen zakgeld.
Zakgeld
85
27Oorsprong van het zakgeld à 15-17 jaar
- Wie geeft je dat zakgeld?
- In meer dan 9 op de 10 gevallen komt het zakgeld
van de ouders en in 1 op de 5 gevallen van de
grootouders. In tegenstelling tot wat voor de
jongere kinderen wordt gedaan, komt voor de 15-
tot 17-jarige geen enkel ander familielid (oom,
tante, neef, peter, meter, enz.) tussen. - Veel jongeren maken een onderscheid tussen het
maandelijks zakgeld enerzijds en Nieuwjaarsgeld
of cadeaus bij een feest of verjaardag
anderzijds.
Totaal gt 100, meerdere antwoorden mogelijk
28Aanwending van het zakgeld
- Wat doe je met het zakgeld dat je krijgt?
Ik stort het op een bankrekening
- Meer dan 1 op de 2 jongeren van 15 à 17 jaar
plaatst het zakgeld op een bankrekening. Vandaag
de dag storten veel ouders het zakgeld ook
rechtstreeks op een bankrekening. - 4 op de 10 besteden hun zakgeld aan de aankoop
van een artikel dat meer kost dan het bedrag aan
zakgeld dat ze ontvangen. Om dat te kunnen doen,
sparen ze hun geld gedurende de periode die nodig
is om het gewenste bedrag bijeen te krijgen. - Minder dan 2 op de 10 geven het zakgeld
onmiddellijk uit.
Ik bewaar het voor een grote aankoop
Ik geef het onmiddellijk uit
Totaal gt 100, meerdere antwoorden mogelijk
29Zakgeld à 15-17 jaar
- Hoeveel zakgeld ontvang jij per maand?
- De jongeren van 15 à 17 jaar krijgen gemiddeld 37
zakgeld per maand. - De voorbije 10 jaar is dit bedrag regelmatig
toegenomen. - Bij de overgang naar de euro werden de bedragen
naar boven afgerond. - Meisjes krijgen iets meer zakgeld dan jongens.
Het verschil bedraagt 2 elke maand. Het
voordeel van de jongens van 11-12 jaar is weg en
zelfs omgekeerd.
38,2
36,0
Basis jongeren die zakgeld krijgen
30Zakgeld à 14-17 jaar
- Europese vergelijking uitgedrukt in gelijk
omgerekende koopkracht
- De jongeren van 14 à 17 jaar krijgen gemiddeld
per maand meer zakgeld in - Luxemburg (132),
- Duitsland (123), Zweden (118), Oostenrijk (118),
Nederland (118), Griekenland (103), Ierland
(103). - Minder zakgeld in
- Denemarken (93), Spanje (93), België (93).
- Italië (88), Portugal (83), Verenigd Koninkrijk
(83), Finland (83), Frankrijk (78).
gt113
93-113
86-93
lt86
Bron UniBoon Berekening OIVO. Indexbasis
Europa 100.
31Artikelen die met het zakgeld worden gekocht
- Artikelen die de kinderen kopen met hun zakgeld
53
40
- 1 op de 3 jongeren van 15 à 17 jaar koopt kleding
of algemene voeding met het zakgeld en 1 op de 5
koopt DVD, CD of cassettes. - Kleding, DVD-CD-cassettes, cadeaus en GSM-kaarten
worden vaker gekocht door meisjes de jongens
kopen meer algemene voeding en spellen (video). - 1 op de 10 jongeren koopt sigaretten met het
zakgeld. Dit komt iets vaker voor bij de jongens
(12).
30
32
23
23
Totaal gt 100, meerdere antwoorden mogelijk.
Varia vrije tijd, bioscoop, concerten, juwelen,
uitgaan, tijdschriften, enz.
32Top 5 van de artikelen die 15- à 17-jarigen kopen
- Artikelen die de kinderen kopen tijdens het
boodschappen doen met de ouders
- 1 op de 2 jongeren van 15 à 17 jaar koopt een
tijdschrift, 1 op de 3 koopt spellen of snoep,
meer dan 1 op de 4 koopt chips en minder dan 1 op
de 5 koopt kleding bij het boodschappen doen. - Cosmeticaproducten en ontbijtgranen worden iets
minder vaak gekocht.
Totaal gt 100, meerdere antwoorden mogelijk
33Studentenjob à 16-17 jaar
- Heb jij een studentenjob tijdens het schooljaar
of tijdens de vakantie?
49
46
60
Geen studentenjob
- Bijna 1 op de 2 jongeren van 16 à 17 jaar vult
zijn inkomsten uit zakgeld aan met een
studentenjob. - Er zijn iets meer jongens dan meisjes die een
studentenjob hebben. - De vakantiejob kan diverse vormen aannemen, zoals
een studentenjob of occasionele karweien voor de
ouders of voor vrienden
Studentenjob
54
3418-20 jaar
- Ontvangen zakgeld
- Bedrag aan zakgeld
- Studentenjob
- Andere uitgaven die de ouders betalen
35Zakgeld à 18-20 jaar
4
- Krijg jij zakgeld elke maand?
Geen zakgeld
- Quasi alle jonge studenten van 18 à 20 jaar
krijgen zakgeld.
Zakgeld
96
36Zakgeld à 18-20 jaar
- Hoeveel zakgeld krijg je elke maand?
- De jongeren van 18 à 20 jaar krijgen gemiddeld 55
zakgeld per maand. - De voorbije 10 jaar is dit bedrag regelmatig
toegenomen. - Bij de overgang naar de euro werden de bedragen
naar boven afgerond. - De meisjes krijgen meer zakgeld dan de jongens.
Het verschil bedraagt ongeveer 15 elke maand.
62,36
47,41
Basis jongeren die zakgeld ontvangen
37Studentenjob à 18-20 jaar
- Heb je een studentenjob tijdens het schooljaar of
tijdens de vakantie?
60
38
66
Geen studentenjob
- Bijna 1 op de 2 studenten van 18 à 20 jaar vult
het zakgeld aan met inkomsten uit een
studentenjob. - Iets meer jongens dan meisjes hebben een
studentenjob.
Studentenjob
62
3821-24 jaar (studenten)
- Ontvangen zakgeld
- Studentenjob
- Regelmatig werk
39Zakgeld à 21-24 jaar
12
- Krijg jij zakgeld elke maand?
Geen zakgeld
- 9 op de 10 studenten van 21 à 24 jaar krijgen
zakgeld. - Het merendeel vult dit zakgeld evenwel aan met
andere inkomsten, zoals een studentenjob,
regelmatig of occasioneel werk, sociale
vergoedingen, een studiebeurs of een inkomen van
de partner(in).
Zakgeld
88
40Zakgeld à 21-24 jaar
- Hoeveel zakgeld krijg je elke maand?
- De studenten van 21 à 24 jaar krijgen gemiddeld
bijna 200 zakgeld per maand. - Het bedrag is evenwel zeer variabel en
afhankelijk van de financiële situatie alsook van
de behoeften in verband met de studies. Zo
varieert het bedrag tussen 15 en 900 . - Meisjes krijgen meer zakgeld dan jongens. Het
verschil bedraagt ongeveer 20 elke maand.
212,2
176,7
Basis jongeren die zakgeld krijgen
41Studentenjob
92
- Heb je een studentenjob tijdens het schooljaar of
tijdens de vakantie?
60
38
Geen studentenjob
66
- Bijna 1 op de 2 studenten van 21 à 24 jaar vult
het zakgeld aan met inkomsten uit een
studentenjob. - Iets meer jongens dan meisjes hebben een
studentenjob. - Er zijn ook meer jongeren met een studentenjob in
de hogere sociale groepen. - Het inkomen moet openbreken in een regelmatig of
occasioneel werkkader.
Studentenjob
62
42Regelmatig werk
41
- Heb jij een regelmatig werk?
20
28
- Bijna 1 op de 4 studenten van 21 à 24 jaar vult
het zakgeld aan met inkomsten uit een regelmatig
werk. Die aanvulling bedraagt gemiddeld 408 . - Iets meer jongens dan meisjes hebben een
regelmatig werk. - Er zijn ook meer jongeren met een regelmatig werk
in de lagere sociale groepen.
24
Regelmatig werk
Geen regelmatig werk
76
43Occasioneel werk
- Heb jij een occasioneel werk?
62
Geen occasioneel werk
70
34
- Bijna 2 op de 3 studenten van 21 à 24 jaar vullen
hun zakgeld aan met inkomsten uit een occasioneel
werk. Die aanvulling bedraagt gemiddeld 345 . - Iets meer jongens dan meisjes hebben een
occasioneel werk.
66
Occasioneel werk
44Studiebeurs
45
20
Studiebeurs
30
- Bijna 1 op de 4 studenten van 21 à 24 jaar vult
het zakgeld aan met een studiebeurs. Die bedraagt
gemiddeld 616 . - De jongens hebben iets vaker een studiebeurs dan
de meisjes. - Er zijn ook meer studiebeurzen onder de jongeren
in de lagere sociale groepen.
24
76
Geen studiebeurs
45Werkloon van de partner
- Kun jij beschikken over werkloon van je partner?
Partner werkt
10
- Bijna 1 op de 10 studenten van 21 à 24 jaar vult
het zakgeld aan met een inkomen uit arbeid van de
partner(in). - Dit inkomen bedraagt gemiddeld557 .
90
Partner(in) werkt niet
46Sociales vergoedingen
- Ontvang je sociale vergoedingen ?
45
Sociale vergoedingen
25
- Bijna 1 op de 4 studenten van 21 à 24 jaar vult
het zakgeld aan met sociale vergoedingen (vooral
het minimum-inkomen voor socio-professionele
integratie). De tussenkomst bedraagt gemiddeld
244 . - Hun aantal bedraagt het dubbel in de lagere
sociale groepen.
75
Geen sociale vergoedingen
47Vergelijking van generaties
48Zakgeld
- Evolutie van de ontvangen bedragen per
leeftijdsgroep
- Zoals logischerwijs te verwachten is, neemt het
als zakgeld ontvangen bedrag toe met de leeftijd. - De oudsten hebben een grotere toename van hun
zakgeld gekend dan de jongsten.
18-20 jaar
15-17 jaar
21-24 jaar
11-12 jaar
9-10 jaar
7-8 jaar
49Studentenjob
- Heb je een studentenjob tijdens het schooljaar of
tijdens de vakantie(s)?
- Vanaf 16 jaar (wettelijke minimum-leeftijd) voert
een derde van de jongeren een studentenjob uit.
Dit percentage neemt toe tot 21 jaar en op die
leeftijd beschikken 71 van de jongeren over
inkomsten uit een studentenjob. - Daarna neemt dat percentage af onder andere
vanwege de beëindiging van de studies en door de
overstap naar het beroepsleven.
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
50Synthese 1
- Zakgeld een onmiskenbare bron van koopkracht
- Kinderen, tieners en jongeren beschikken over
aanzienlijke bedragen aan zakgeld. - Zakgeld een leermiddel
- Eerst dient het zakgeld als een leermiddel voor
de kinderen en de jongeren. 33 van de ouders
verklaren dat ze aan hun kinderen van 7 jaar
zakgeld geven. - Omdat de kinderen en tieners het zakgeld ook als
dusdanig opvatten, houden ze het bij om dure
aankopen te kunnen doen of sparen ze het op een
bankrekening. - Weinig kinderen en jongeren gebruiken het geld
voor onmiddellijke uitgaven. Het is een feit dat
de ouders, die de belangrijkste geldschieters
zijn, voor de noodzakelijke aankopen betalen.
51Synthese 2
- Zakgeld van kers op de taart tot middel om de
studies te betalen - Het zakgeld wordt zelden gebruikt om kleine
alledaagse uitgaven te betalen, maar de tieners
gebruiken het om plezieraankoepen te doen, zoals
kleding, (video)spelen, CD-DVD-cassette, cadeaus
of GSM-kaarten of snoep, sigaretten en dranken. - Bij de jonge volwassenen wordt zakgeld een
onmisbaar element om de regelmatige uitgaven te
beheren. In dat verband wordt het vaak gekoppeld
aan andere financieringsbronnen. - Vanaf 16 jaar zijn dat studentenjobs.
- Vanaf 18 jaar vullen de studiebeurzen, sociale
vergoedingen, het werkloon van de partner(in) het
zakgeld aan om de uitgaven aan te kunnen. - Het feit dat de studenten van het hoger onderwijs
naar aanvullende inkomsten zoeken bewijst dat
studeren duur is.
52Synthese 3
- België in de Europese middenmoot
- Ongeacht de leeftijdsgroep zit België in de
Europese middenmoot als het om het zakgeld gaat.
Vaak geven de Belgische ouders meer zakgeld dan
hun zuiderburen en minder dan de noorderburen.
Merk op dat de Luxemburgers de gulste gevers
zijn. - Evolutie van het zakgeld
- De ontvangen bedragen (van 5 tot 195 )
variëren heel logischerwijs in functie van de
leeftijdsgroep.
53Aanbevelingen
- Deze bevindingen motiveren het OIVO om het belang
van consumentenopvoeding, zowel in het gezin als
op school, te blijven onderstrepen. - Opvoeding van de ouders
- Dankzij deze informatie kunnen ouders hun
zakgeldpolitiek evalueren. De vergelijking van de
bedragen volgens leeftijdsgroep mag evenwel niet
leiden tot een schuldgevoel bij ouders die
"minder dan het gemiddelde" geven - niet alle gezinsbudgetten bieden immers evenveel
mogelijkheid voor zakgeld - kinderen moeten ook leren om zich te organiseren
in functie van het beschikbare budget
54Aanbevelingen
- Criteria die moeten vooropstaan bij het bepalen
van het bedrag - beschikbare middelen
- type relatie tussen het kind en de ouders op hun
weg naar financiële autonomie moeten jongeren in
elk geval met hun ouders kunnen praten over de
aankopen en het consumptiegedrag. - Zakgeld is een middel om jongeren te leren omgaan
met een budget en geen doel op zich.
Vanzelfsprekend speelt ook hier de ouderlijke
plicht van toezicht houden en bepalen hoe ver een
kind mag gaan. De bakens die de ouders uitzetten,
zijn immers een nuttig educatief kader voor de
jongere, die moet leren omgaan met de frustraties
waarmee hij of zij in het latere leven als
consument onvermijdelijk nog geconfronteerd zal
worden. - Ouders en jongeren moeten ook bewustgemaakt
worden van de risico's die verbonden zijn aan
bepaalde aankopen en betaalmiddelen.
55Aanbevelingen
- In de scholen
- Er kan al een eerste start met de sensibilisatie
gemaakt worden vanaf het einde van het
basisonderwijs, rond de leeftijd van 11-12 jaar.
Volgens de enquête ontvangen 74 van de jongeren
immers vanaf die leeftijd (en 55 daarvan zelfs
al op de leeftijd van 9 jaar) zakgeld. Er kan dus
gedebatteerd worden op basis van concrete
ervaringen onder de leerlingen van die leeftijd.
56Aanbevelingen
- Op dat moment kan de inhoud van de pedagogische
benadering via twee assen uitgewerkt worden - een analytische as, gebaseerd op de leefwereld
van de leerlingen waaraan besteden ze hun geld
(spellen, cd-dvd-cassette, ..)? hoe is de
verhouding tussen inkomsten en uitgaven? welk
deel sparen ze? hoe beïnvloeden ze de consumptie
van het gezin? met welke problemen worden ze
geconfronteerd? ... - een prospectieve as bankzaken en lopende
rekening vanaf de leeftijd van 12 jaar
bankkaarten en geld uit de muur de aankopen
via gsm of internet, waarbij de kinderen op
voorhand worden geïnformeerd over de keuzes die
ze zullen kunnen maken van zodra ze in het
secundair onderwijs zitten en over de gevolgen
voor hen en hun ouders - er kan aan de ouders een aanvullende informatie
worden verstrekt over de betaalwijzen die aan de
jongeren worden voorgesteld.
57Aanbevelingen
- Vervolgens zou van een tweede benadering werk
kunnen worden gemaakt ongeveer vanaf het tweede
jaar middelbaar, op basis van de nieuwe
informatica- en bankexperimenten rond geldbeheer.
Dan zou er vanzelfsprekend rekening moeten worden
gehouden met de werkelijk gedane uitgaven die de
leerlingen dagelijks doen (na een anonieme
rondvraag, waarin de jongeren ook moeilijker toe
te geven uitgaven, zoals de aankoop van
sigaretten, zouden opgeven). Op de betaalwijzen
op afstand en de elektronische handel moet dieper
worden ingegaan met de leeftijdsgroep van 14- en
15-jarigen, die aan talloze verleidingen worden
onderworpen in verband met hun geliefkoosde
artikelen muziek, spelletjes, sportartikelen en
merken . - Het is ook op die leeftijd dat uitleg kan worden
gegeven over de meer juridische aspecten van de
rechten en plichten van de jonge consument in het
algemeen en over de bankmarketing. De vragen
aangaande de problemen van jobstudenten worden
reeds behandeld door diverse organismen (de
ziekenfondsen, bijvoorbeeld).
58Aanbevelingen
- Voor de jongeren die meerderjarig worden of
eindejaarsstudent zijn (17-18 jaar) moet de
informatie reeds handelen over hun start als
volwassene. De inhoud moet variëren in functie
van de toekomstige beroepsrichting (de optie
dienst aan personen in het technisch
onderwijs moet bijvoorbeeld een module
gezinsbudget voorstellen), met een
gemeenschappelijk punt voor allemaal de gevaren
van het consumptiekrediet en van de
schuldoverlast. Ook op dat vlak ontbreekt het
niet aan de nodige organismen die informatie
verstrekken over de inkomsten, de beurzen,
interimwerk, enzovoort. - De informatie moet een aanvullend karakter hebben
op het niveau van de consumptiepool
keuzecriteria, gebruikswijze, afvalbeheer, klacht
indienen...
59(No Transcript)